Minister Plasterk: ‘wachtgeldregeling wethouder Beemsterboer blijft intact’

Toen voormalig wethouder Jos Beemsterboer zijn vrijwillige ontslag bij de gemeente Schagen aankondigde en zijn zoon Jelle als nieuwe wethouder voordroeg, stelden verschillende partijen vraagtekens bij de gang van zaken.

De VVD ging niet akkoord met een spoedige benoeming, omdat de fractie het proces te snel vond gaan. De partij wilde eerst het BING onderzoek afgerond zien en het onderzoek naar de geloofsbrieven van Jelle Beemsterboer afwachten. Dit alles om het proces zuiver te laten verlopen. Veel VVD-leden hadden ook moeite met de wachtgeldregeling die van kracht is en dus ook voor Jos Beemsterboer geldt. Deze regeling vult zijn lagere salaris in Wormerland aan en komt voor rekening van de gemeente Schagen. Vanuit de politiek is een oproep gedaan aan het adres van Beemsterboer om vrijwillig af te zien van de regeling, maar ondanks dat de voormalig wethouder de verontwaardiging wel begreep, gaf hij aan dat hij zich ‘met een studerend kind niet kan veroorloven om ervan af te zien’.

De VVD weet dat het wachtgeld een opgebouwd recht is en vindt het goed dat deze regeling bestaat, omdat het anders wellicht lastig wordt om gekwalificeerde mensen voor de het openbaar bestuur te vinden. Om toch meer duidelijkheid over de kwestie te krijgen, heeft VVD-fractievoorzitter André Groot bij de minister van het ministerie van Binnenlandse Zaken, dhr. Plasterk, aandacht gevraagd voor het gebruik van de uitkeringsregeling door een vrijwillig vertrekkend openbaar bestuurder, waarbij het voorbeeld werd genoemd van onze voormalige wethouder van de gemeente Schagen.

Deze week reageerde Minister Plasterk op de brief van Groot. Hij gaf aan dat de reden voor aftreden (vrijwillig of niet vrijwillig) niet relevant moet zijn voor het toekennen van een uitkering aan een wethouder. Plasterk: ‘Het vertrek van een wethouder kan namelijk zijn ingegeven door politieke of persoonlijke oorzaken of andere omstandigheden die in veel gevallen buiten de wethouder zelf zijn gelegen, zoals bijvoorbeeld gezondheidsredenen. Van belang is verder dat wethouders ook geen ontslagbescherming, opzegtermijn of ontslagvergoeding kennen. Daarnaast zijn er ook geen beroepsmogelijkheden tegen hun ontslag bij de rechter.’ Verder geeft Plasterk aan dat de uitkeringen van politieke ambtsdragers in de afgelopen jaren zijn versoberd. Zij hebben de verplichting om te solliciteren. De maximale uitkeringsduur is teruggebracht tot de maximale WW-duur. Binnenkort dient de minister een wetsvoorstel in bij de Tweede Kamer waarin de maximale duur van de voortgezette uitkering in de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers wordt gehalveerd.